Thijs Niemantsverdriet, NRC, 27-9-2018

Een flinke boete voor Airbnb bij illegale verhuur. Dat is de nieuwste stap die Amsterdam wil zetten in de strijd tegen vakantieverhuurexcessen. Nu kan de gemeente alleen verhuurders beboeten als zij de regels overtreden, schrijft wethouder Laurens Ivens (Wonen, SP) in een brandbrief aan de Tweede Kamer. De verhuursites zelf kunnen nog niet worden aangepakt. Dat moet anders, vindt hij.

Alleen: zo ver is het nog lang niet. Om Airbnb te kunnen beboeten, is nationale wetgeving nodig. Minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken, D66) beloofde dinsdag aan de Tweede Kamer om Ivens’ plan juridisch uit te pluizen. Maar, zei ze al bij voorbaat, de kans dat het gaat lukken is niet zo groot.

In juli dit jaar was het aantal Amsterdamse listings op Airbnb bijna 20.000 – een record. In vier jaar tijd is het aantal aangeboden appartementen verdrievoudigd. Dat zorgt voor ontwrichting. In sommige buurten, zoals het centrum en Oud-West, zorgen de Airbnb-toeristen voor drukte, geluidsoverlast en rommel. Ook worden de toch al krankzinnige woningprijzen nog verder opgestuwd, blijkt uit onderzoek.

Het linkse college, dat in mei aantrad, wil de verhuur via Airbnb verder aan banden leggen. Vanaf 1 januari 2019 mogen Amsterdammers hun woning nog maar 30 dagen per jaar onderverhuren in plaats van 60. Er wordt zelfs onderzocht of er in bepaalde buurten een totaalverbod kan komen.

Maar telkens weer blijkt dat de stad machteloos staat tegenover de Californische sharing -reus, die 90 procent van het Amsterdamse aanbod in handen heeft. Airbnb weigert zijn belangrijkste data, zoals de exacte adressen en verhuurperiode, te delen met de gemeente. Om dat af te dwingen is landelijke wetgeving nodig, én aanpassing van EU-privacyregels. Tot die tijd moet Amsterdam het Airbnb-aanbod controleren met zo’n 80 handhavers.

Meldplicht

Sinds een jaar geldt er in de stad meldplicht voor vakantieverhuur. Wie zich niet registreert, kan een boete van 6.000 euro krijgen – of meer. Maar de gemeente kan alleen steekproefsgewijs controleren. De stad heeft sinds 2014 afspraken met Airbnb, bijvoorbeeld over het aantal verhuurdagen en huurders (maximaal vier). Aan „de letter” van die overeenkomst houdt het platform zich in de meeste gevallen wel, zegt wethouder Ivens, maar „een stapje extra zetten ze niet.”

Sterker nog, Airbnb lijkt illegale praktijken gewoon te faciliteren. Stadszender AT5 toonde onlangs aan dat de 60-dagengrens gemakkelijk omzeild kan worden. Met één druk op de knop kun je voor dezelfde woning een tweede of derde advertentie aanmaken. Ook kunnen er advertenties worden geplaatst voor sociale huurwoningen, waarvan de onderhuur strikt verboden is.

Volgens Ivens zijn de inspanningen van de gemeente om Airbnb aan banden te leggen „volstrekt inefficiënt” zolang er geen speciale wet voor vakantieverhuur komt. De landelijke registratieplicht waar minister Ollongren nu aan werkt, zou volgens Ivens ook alleen werken als Airbnb gedwongen kan worden het adres of registratienummer van een woning bij advertenties te melden. „Anders staan we nog steeds met lege handen.”

Op 1 januari 2019 lopen de afspraken tussen Amsterdam en Airbnb af. Ivens wil alleen een nieuwe deal sluiten als er „scherpere afspraken” gemaakt kunnen worden. „En Airbnb heeft veel baat bij een overeenkomst, ze willen graag een positief imago.”

Maar de vraag is hoe goed de Amsterdamse onderhandelingspositie is. Zonder deal is Airbnb vanaf 1 januari niet verplicht de 30-dagenlimiet te hanteren. De stad moet dat maximum dan gaan handhaven door middel van de eigen meldplicht – die niet goed functioneert. Dat lijkt onbegonnen werk.