Richard van de Crommert, De Telegraaf, 30-8-2018

Een van de partijen die het plan van de gemeente maar niks vinden, is Amsterdam Gastvrij, de belangenclub van de Airbnb-verhuurders. Hans Onno van den Berg, die als spreekbuis optreedt, noemt de halvering van de verhuurperiode „symboolpolitiek”.

Indammen

In zijn ogen is de toeristenstroom niet in te dammen. Van den Berg: „De komst van toeristen hou je niet tegen. Vakantieverhuur, waaronder Airbnb, spreidt juist de bezoekers, meer dan hotels doen. Dus we zijn onderdeel van de oplossing in plaats van een probleem. Het draait om fijne, gezellige Amsterdammers die een centje bijverdienen. Soms hoor je dat huiseigenaren bakken met geld verdienen door hun woning te gebruiken voor vakantieverhuur. Maar dat is niet zo.”

Als het aantal dagen dat huiseigenaren hun woning aan mogen bieden bijgesteld wordt naar dertig dagen, heeft dat bovendien een negatief effect op de hotelprijzen in de stad, zo betoogt Van den Berg. „Als Amsterdammers minder mogen verhuren, lever je als stad een deel van je bedden in. Hotelkamers worden daardoor schaarser en duurder. Als de 18.000 particuliere verhuurders gemiddeld vijftien dagen minder verhuren, moeten er – om dat op te vangen – 5000 bedden bij in de hotelsector.”

Toch is vakantieverhuur niet voor niets onderwerp van gesprek in de stad. Het zorgt voor overlast, vinden tegenstanders.

Voormalig binnenstadbewoner Walther Ploos van Amstel is een van hen. Hij is een tijdlang betrokken geweest bij de denktank van de gemeente over vakantieverhuur. „Mijn persoonlijke standpunt is dat vakantieverhuur gewoon slecht is voor de stad.”

Hij vindt dat het te veel overlast oplevert. „Ik heb meegemaakt dat je ieder weekend vreemden in het trappenhuis ziet.”
Al die bezoekers betekenen volgens Ploos van Amstel niks voor de lokale kroeg en winkels. „Het beperken van zestig naar dertig dagen lost te weinig op. Zeker in de drukke delen van de stad, zoals de Wallen, moet gewoon een verbod komen. Als je een Vereniging van Eigenaren van acht huishoudens hebt en vier doen aan vakantieverhuur, dan ontwricht het de balans. Dan word je 240 dagen per jaar geconfronteerd met toeristen onder je dak. Dat is uitermate vervelend.”

 

Ploos van Amstel is voor een vergunningenstelsel. „Registratie is de enige oplossing. Je bent je huis commercieel aan het uitponden. Dan ben je gewoon ondernemer en moet je je aan regels houden. Als een horecaondernemer zich niet aan de regels houdt, krijgt hij ook boetes en hangt er een sluiting boven zijn hoofd. Wat fundamenteel onjuist is aan vakantieverhuur, is dat je je buren opzadelt met overlast.”

De Amsterdammer zegt bovendien voorbeelden te kennen van een verliefd stel dat de koopwoning verhuurt voor vakantieverhuur en dan in die zestig dagen bij elkaar woont in een sociale huurwoning. „Dat vind ik helemaal asociaal”, zegt hij.

Fel tegenstander van vakantieverhuur is ook PvdA-raadslid Dennis Boutkan. „We hebben in Amsterdam 18.000 Airbnb-aanbieders. Dat is uit balans”, zegt hij. „Het is in verhouding veel meer als je het vergelijkt met Wenen en Barcelona. Vakantieverhuur heeft ook nog eens een prijsopdrijvend effect, omdat het leidt tot meer schaarste op de woningmarkt. Woningen zijn in principe om in te wonen en niet bedoeld als verdienmodel.”

„Wat we de afgelopen jaren zagen, is dat mensen ineens huizen opkochten. Veel personen doen aan Airbnb alleen om geld te verdienen. En dat gaat ten koste van de stad. We moeten aan alle kanten proberen dat te sturen. Het lijkt me gezond om vakantieverhuur in de stad terug te brengen. Dat charmeoffensief van een paar weken geleden, met grote Airbnb-advertenties in kranten, laat me eigenlijk koud. Trap daar niet in.”

      

Ploos van Amstel: „Zestig dagen is dertig weekenden per jaar. Die weekenden zijn voor mij vrije tijd. Als je dan iedere keer groepen Italianen onder en groepen Engelsen boven je hebt – dat is de praktijk – is het niet prettig wonen meer. De huiseigenaren gaan zelf weg en zadelen buren op met de overlast. Vooral in het Centrum heb je nog veel woningen met houten vloertjes. Een buurman die het bont maakt, spreek je een dag later nog even aan, maar van de toerist krijg je te horen dat hij eindelijk in Amsterdam is en een leuke tijd wil hebben.”

Om de overlast in te dammen, werd eerder al een meldplicht ingesteld. Verhuurders moeten alle bezoekers melden bij de gemeente. Doen ze dat niet, dan kan de gemeente met boetes strooien die op kunnen lopen tot duizenden euro’s.

Van den Berg zegt dat de vakantieverhuurders al minder zijn gaan verhuren. „Particuliere verhuur maakt slechts vier procent van alle drukte uit”, zegt hij. „Veel overlast komt van de Nederlandse toerist met de vrijgezellenfeesten.” Hij noemt het een heksenjacht. „De gemeente focust heel erg op de particuliere verhuurders.”

Hij denkt dat het wettelijk niet haalbaar is wat de gemeente wil. „Juridisch is het nog lang geen uitgevochten zaak. Ik denk dat we daar binnenkort nog op terugkomen.”

Dat er woningen worden onttrokken aan de woningvoorraad, noemt Van den Berg „onzin”. „Want het gaat om Amsterdammers, om mensen die er wonen. De een verhuurt een kamer. En de ander stelt het ter beschikking aan een toerist.”

Boutkan en Ploos van Amstel zullen het niet eens worden met Van den Berg. „Amsterdammers herkennen hun eigen buurt niet meer”, zegt Boutkan. „Vakantieverhuur heeft grote gevolgen voor de sociale samenhang. Het heeft zo veel impact op een buurt. De sociale cohesie staat vaak onder druk. Dat zeg ik niet alleen. Dat zegt ook de politie. Die ziet ook liever niet dat er steeds andere ’bewoners’ zijn. In die buurten waar de balans helemaal zoek is, willen we vakantieverhuur helemaal uitsluiten.”

 

Amsterdammers die een woning hebben die onder een Vereniging van Eigenaren (VvE) valt, moeten, als ze hun woning willen verhuren, toestemming vragen aan de VvE. Maar als de VvE het niet toestaat en het gebeurt toch, kan de gemeente daar niet tegen optreden. Op een paar plekken in de stad heeft het inmiddels geleid tot rechtszaken van de VvE tegen een huiseigenaar.

Maar ook de zestig, en binnenkort waarschijnlijk dertig dagen, zijn door de gemeente niet te handhaven. Ploos van Amstel: „Bij Airbnb, het belangrijkste platform voor vakantieverhuur, wordt tegenwoordig aangegeven hoeveel dagen van die zestig er nog beschikbaar zijn bij een verhuurder. Maar als die zestig dagen besteed zijn, houdt niemand een verhuurder tegen om de woning op een volgend platform voor vakantieverhuur aan te bieden. Die zijn er genoeg.”

Toeristenbelasting

„Om dan nog maar te zwijgen van het nieuws van vorige week dat bijna geen vakantieverhuurder toeristenbelasting afdraagt. Nee, vakantieverhuur is niet sociaal. Je moet het niet willen. Je zadelt buren op met je verdienmodel. Dan had je zelf een hotel moeten bouwen. Bovendien past het niet bij Amsterdam. Een woning is er niet om geld mee te verdienen. En als je dat dan toch wil, verhuur dan een kamer aan een student.”

 

Iedereen die zijn zegje wil doen over de voorgestelde aanpassing van het gemeentebeleid ten aanzien van vakantieverhuur kan tot 28 september zijn of haar reactie insturen. Het is overigens onduidelijk wat de gemeente precies gaat doen met de reacties.