Kaya Bouma, De Volkskrant, 28-7-2018

Wat zijn de belangrijkste problemen?

‘Hufterigheid en geweld. Er is ontzettend veel huftergedrag in de stad. Als je daar iets van zegt, word je bedreigd. Ik heb het zelf deze week uitgeprobeerd. Ik sprak een man aan die iets op straat flikkerde. Hij zei tegen me: ‘Jij oude grijze kutkop, hoe komt het dat je zo oud bent geworden? Ik maak je dood.’ Binnenstadbewoners vertellen me: als je dat nog een keer of tien probeert, staat je een ziekenhuisbezoek te wachten.

‘Zwervers en dronkaards vormen ook een probleem. Er loopt een vijftigtal dakloze mannen rond op de wallen die poepen, kotsen en stelen. De situatie waarin zij verkeren is vaak enorm triest, maar er zitten mensen tussen die gewelddadig zijn en daarom niet welkom zijn in de nachtopvang. 

‘Crimineel geld is ook een belangrijke. Dat is er enorm veel in de binnenstad. Neem alleen al de snorders. Er zijn een stuk of tweeduizend illegale taxi’s in Amsterdam. Stel: die zetten in een week 100 euro om – dat is een heel conservatieve schatting – en je gaat ervan uit dat ze dat vijftig weken per jaar doen, dan kom je al op 10 miljoen zwart geld. Waarschijnlijker is dat ze 300 euro per weekend omzetten, dan kom je op 30 miljoen zwart geld, door snorders alleen. 

‘Dan is er de enorme drukte. Als de Wallen helemaal vol zijn, en dat zijn ze op bepaalde momenten van de nacht, dan komt de politie er niet meer door. Je kunt op zo’n moment niet achter een crimineel aan die wegglipt. Als er brand is, kun je er niet bij. Als er iemand een harststilstand krijgt, kun je er niet door met de ambulance.

‘De handhaving is gebrekkig. Handhavers doen allemaal hun stinkende best, dat is het probleem niet. Maar ze missen bevoegdheden. Als handhaver kun je iemand die in drugs staat te handelen niet aanpakken, dat is een politietaak. Er is niet genoeg politie op de been. Die hebben weer bepaalde prioriteiten die landelijk worden afgezet, die niet altijd goed aansluiten op wat hier speelt.’

Handhavers en politie hebben geen gezag meer, zegt u

‘Naarmate de avond vordert, zakt het weg. Mensen zijn dronken, zitten onder de coke of andere verdovende middelen. Dan zijn ze in groepjes. Langzaam maar zeker zie je dat zo’n groep zo brutaal wordt, dat een handhaver niet zo veel meer kan. Er zijn de laatste paar maanden vier heftige geweldsincidenten geweest tegen handhavers. Eén handhaver heeft daarbij zijn vingers gebroken, de ander heeft zijn arm gebroken, er is iemand in elkaar geslagen en er is een poging van wurging geweest bij een handhaver. Daar kunnen ze zich niet tegen verdedigen.’

Dat het ’s nachts een puinzooi is in de Amsterdamse binnenstad is al langer bekend. Waarom trekt u nu aan de bel?

‘Ik vraag me af of de omvang van de problemen echt bekend is. De overlast verspreidt zich steeds meer over de stad en lijkt te groeien. Dat is ingewikkeld te bewijzen, er is nader onderzoek voor nodig. Vast staat dat de toeristenstroom steeds groter wordt, het wordt steeds drukker. De geregistreerde criminaliteit daalt, maar de omvang van het zwarte geld groeit. Dat is een indicatie dat de criminaliteit juist toeneemt.’

U bent zelf tijdelijk op de Wallen gaan wonen om de problemen beter te begrijpen.

‘Dat is leuk en spannend, maar ook eng en vermoeiend. Er lopen hier ’s nachts groepen rond die agressief zijn, daar voel je je niet veilig bij. Ik kwam gisteravond om half vier thuis van een ronde door de binnenstad. Om een uur of vijf werd ik wakker van een waanzinnig gegil van een vrouw hier voor de deur. Er bleek niets aan de hand te zijn, maar je systeem is er op ingericht dat je wakker schrikt van zoiets.’

Is dit een Amsterdams probleem of geldt dit voor meer grote steden in Nederland?

‘Het zal in andere steden ook spelen, maar in minder heftige mate. Ik denk dat Amsterdam uitzonderlijk is omdat er zo veel toeristen naar de stad komen. De stad heeft in het buitenland ook de reputatie: anything goes, daarmee trek je bepaalde groepen aan.’

Wat valt er tegen te doen?

‘Je moet het probleem op alle fronten tegelijk aanpakken op een innovatieve manier. Je moet iets doen tegen de enorme geluidsoverlast en het vuilnis op straat en tegelijkertijd de criminaliteit aanpakken. Dat eerste kan bijvoorbeeld door te experimenteren met driedubbel glas in de ramen. Dat is nu bij één bewoonster geprobeerd, zij is er zielsgelukkig mee.

‘Een andere innovatieve oplossing is als het licht van lantaarnpalen zo in te stellen dat het automatisch feller wordt zodra er iemand gilt. Als er dan iets aan de hand is, dan is een dader op camerabeelden tenminste herkenbaar.

‘We weten dat er criminelen in de stad rondlopen die hun straf hebben weten te ontlopen. Zij kunnen bij de gemeente gewoon een nieuw paspoort aanvragen. Er wordt op dit moment een experiment opgezet om te zorgen dat er een check komt bij het opvragen van een nieuw paspoort. Zo krijg je criminelen van straat.

‘De mogelijkheden zijn eindeloos. De kunst is meerdere experimenten tegelijk te laten lopen en ook steeds te reflecteren of iets werkt of niet.’